Waarom een snelle energietransitie niet zonder overheidssubsidie kan
Als ondertekenaar van het klimaatverdrag van Parijs heeft Nederland zich ten doel gesteld om in 2030 minstens 49% minder broeikasgassen uit te stoten ten opzichte van 1990. Om dit te realiseren is een duurzame energietransitie nodig. Een transitie waarbij fossiele brandstoffen zoveel mogelijk worden vervangen door duurzame alternatieven als zonne- en windenergie. Wat uiteindelijk leidt tot een schonere lucht en een gezonder leefklimaat voor mens en dier.
De Nederlandse overheid heeft daartoe een aantal instrumenten in het leven geroepen zoals subsidiering van nieuwe duurzame energieopwekking welke beschikbaar zijn voor alle binnen- en buitenlandse investeerders in en ontwikkelaars, bouwers en exploitanten van wind- en zonneparken, waaronder ook Statkraft. Als Noors staatsbedrijf welke internationaal opereert helpen we graag mee om de energietransitie ook in Nederland met een lokaal team tot een succes te maken.
De kosten zijn hoger dan opbrengsten
Op dit moment kost de bouw en exploitatie van wind- en zonneparken meer dan ze opleveren. Dat komt voornamelijk door de hoge investeringen en de relatief lage stroomprijzen. Het gevolg is dat investeerders weinig interesse tonen om dergelijke parken uit zichzelf te bouwen en te exploiteren. Om toch de voortgang in de noodzakelijke energietransitie te bevorderen stelt de overheid dan ook subsidie beschikbaar.
Door subsidie zijn producenten van wind- en zonnestroom zeker dat de actuele marktprijs van stroom aangevuld wordt met een bedrag per kWh. De kosten die niet door verkoop van stroom zijn gedekt worden zo tot een bepaald niveau gecompenseerd. Dit zet aan een om te blijven investeren in schone energie-parken. Ook Statkraft maakt gebruik van deze subsidieregeling Stimulering voor Duurzame energieproductie en Klimaattransitie (SDE++).
Samenwerken op basis van volledige transparantie
Als Europa’s grootste producent van duurzame elektriciteit, is Statkraft uiteraard ook lid van de brancheverenigingen Holland Solar en de Nederlandse Wind Energie Associatie (NWEA). Daarmee onderschrijven we de gedragscodes die deze organisaties hebben opgesteld.
Via de brancheverenigingen geven we de Nederlandse overheid continue inzage in de daadwerkelijk kosten van onze Nederlandse zonne- en windparken. Zodat zij voortdurend kan toetsen of de hoogte van de SDE++ subsidie misschien naar boven of beneden moet worden bijgesteld. Blijkt dat de subsidie te hoog is dan krijgen we automatisch meer concurrentie in de SDE++ subsidie veiling. Er zullen dan steeds meer partijen wind- en zonneparken gaan ontwikkelen omdat er een aantrekkelijk rendement te behalen valt. Is de subsidie te laag, dan neemt het aantal wind- en zonneprojecten automatisch af omdat het risico te groot is dat er geen rendabel project uit voort komt.
Om de klimaatdoelstellingen tijdig te kunnen realiseren tegen de laagst mogelijke maatschappelijke kosten heeft de overheid er dus alle belang bij om het subsidieniveau zo nauwkeurig mogelijk vast te stellen en te monitoren.
Op naar schone energie zonder een cent subsidie
De bouw van zonne- en windenergie-parken wordt steeds goedkoper. In 2014 werd voor 1 kWh aan opgewekte zonnestroom nog € 0,147 aan subsidie, minus de stroomprijs, verstrekt. Anno 2021 is dit nog maar € 0,06. Dit betekent een kostendaling van 500% in slechts 7 jaar. Windparken in gebieden met veel wind hebben zelfs als een subsidieniveau bereikt dat nagenoeg gelijk is aan de marktprijs van stroom. De verwachting is dat binnen 5 jaar alle windparken en zelfs de grondgebonden zonneparken zonder subsidie zijn te exploiteren.
De subsidieregeling van de overheid heeft daarmee dan zijn werk gedaan. De energietransitie is gestimuleerd en toekomstige zonne- en windprojecten komen bij een aantrekkelijke marktprijs voor stroom vanzelf van de grond. De verwachting is dat projecten duurzame elektriciteit gaan leveren tegen prijzen die gelijk of zelfs lager liggen dan de traditionele fossiele bronnen.